Klinkerfoneemsystemen in de Brabantse dialecten en hun interne motivering: gespannen vocalen en diftongen

  • Georges De Schutter KANTL

Samenvatting

Algemeen wordt aangenomen dat de Brabantse dialecten van de 16de eeuw, tezamen met de Hollandse, de basis gevormd hebben van de hedendaagse Nederlandse standaardtaal. Het is dan ook eigenaardig dat aan de ontwikkeling van Brabantse dialectsystemen relatief weinig aandacht is besteed. Er zijn degelijke studies over de dialectgeografie van klankverschijnselen in Brabant, en ook een beperkt aantal lokale dialecten, vooral uit de zuidelijke helft van het Brabantse gebied, is uitstekend beschreven. De basis voor een vergelijkende studie van dialectsystemen was er dus voor een groot deel wel, en daarvan is in deze studie gebruik gemaakt om fonologische systemen uit de hele regio met elkaar te vergelijken.  Wel is het aantal beschikbare systeembeschrijvingen met een viertal uitgebreid; op die manier zijn 12 systemen voor vergelijking beschikbaar gekomen (cf. de kaart in appendix 1). Ik probeer in §1 een overzicht te geven van de voornaamste klankevoluties in het Brabantse gebied. De §§2 tot 5 brengen een overzicht van telkens 4 systemen van de lange monoftongen en diftongen  uit Noord-Brabant, Midden-Brabant (Antwerpen) en Zuid-Brabant (Vlaams-Brabant en Brussel). §6 is een poging om die systemen vanuit de werking van een beperkt aantal tendensen te verklaren. §7 besluit met een voorstelling van het vermoedelijke protosysteem dat aan de Brabantse dialecten ten grondslag kan hebben gelegen. Dat systeem is niet identiek aan wat Van Bree (2016: §45.5) voorstelt, maar is er volledig compatibel mee.

 

Abstract

A general assumption in Dutch linguistics is that 16th century Brabant dialects , together with those of Holland, were basic in the development of the present day Dutch standard language. It then appears as an anomaly that the development of Brabant vowel systems has been relatively neglected. There are, of course, excellent studies concerning the geographical distribution of phonetic phenomena in Brabant, and a restricted number of local city dialects, predominantly from the southern half of the area, has been thoroughly investigated. So, basic knowledge for a comparative study of vowel systems was available; I had, however, to expand this basis with four new case studies, in order to dispose a balanced sample of dialect systems. This study brings an overview of the most salient phonetic developments in the Brabant area (§1); then follows a description and discussion of 12 long vowel systems (cf. the map in appendix 1): four for each of the three geographic entities: the province of north Brabant in the Netherlands, Antwerp (Central Brabant) and Southern Brabant (Flemish Brabant + the Brussels region) in Belgium (§§2-5). §6 tries to explain the systems starting from a limited number of fixed strategies and tendencies. The study is closed with a proposition of the most probable protosystem underlying all Brabant dialects. That system is not identical with the one proposed by Van Bree (2016: §45.5), but is compatible with it.

Gepubliceerd
2018-01-11
Sectie
Artikelen