Verdoofde klachten over een stomme mond

De vroegmoderne lijkzang als collectieve emotionele praktijk in het werk van Michiel de Swaen

  • Kornee van der Haven

Samenvatting

Veel vroegmoderne dichters schreven funeraire poëzie. Van de Duinkerkse dichter Michiel de Swaen is een bescheiden aantal van drie lijkzangen van omstreeks 1700 overgeleverd. In mijn paper zal ik onderzoeken hoe zijn gedichten bepaalde emoties oproepen, mobiliseren, of juist proberen te onderdrukken. Het aanschouwen van het dode lichaam leidt tot een emotionele respons die via de reflecties van het lyrisch ik benoemd en lichamelijk (her)beleefd wordt. Alleen door te spreken kan die ervaring vervolgens ook met de omringende gemeenschap van rouwenden gedeeld worden, waarmee we de gedichten zouden kunnen beschouwen als een ‘emotionele praktijk’ die zich richt op een bredere ‘gevoelsgemeenschap’ van nabestaanden, vrienden en stadsgenoten.

Gepubliceerd
2020-12-15