Hoezo Crisis? Vooruit, aan de slag!
Samenvatting
Reinier Salverda KANTL – Crisis TWO ABSTRACTS
ABSTRACT NL
In mijn reactie op de vraag ‘Crisis in de taalkunde?’, die Van de Velde en Van der Horst aan de orde hebben gesteld, ga ik hier in op de volgende drie kwesties.
Ten eerste: Klopt dat wel, is de taalkunde in crisis? Mijns inziens is er onvoldoende grond te spreken van een wetenschappelijke crisis in de zin van Thomas Kuhn. Wel zie ik, net als zij, wel flink wat maatschappelijke bedreigingen waardoor ons vak ernstig onder druk staat.
Ten tweede: het overleven van ons vak. Als dat aan de orde is, zullen wij als taalonderzoekers daartegenover ongetwijfeld het nodige weten te verzinnen. Ik denk aan: een appèl aan de natuurlijke taalnieuwsgierigheid van de jonge generatie; aan invoering van linguistiek als eindexamenvak op de middelbare school, gericht op kennisoverdracht, bewustwording en reflectie op taalverschijnselen; en een betere bekendmaking van wat de Nederlandse taalkunde te bieden heeft aan interessante onderzoeksvragen, kansen en perspectieven.
Als derde beveel ik aan meer onderzoek van taalspelfenomenen te doen, zowel vanwege hun experimenteerpotentieel alsook hun theoretische implicaties. Met als slotpunt: tegenover de overdosis aan theorie die Van de Velde en Van der Horst signaleren pleit ik hier voor Back to Basics: er valt nog zoveel te ontdekken aan het Nederlands, dat er grote behoefte bestaat aan veel meer degelijke en grondige beschrijving van het Nederlands. Tegenwoordig is dat een verwaarloosd vak, terwijl dit nu is waar wij als taalonderzoekers goed in zijn en horen te zijn - en wat wij de wereld dienen te leveren.
ABSTRACT ENG
The question ‘Linguistics in crisis?’ put forward by Van de Velde and Van der Horst, invites the following three issues: (1) Is this correct, are we really in crisis?; (2) If the issue really is the survival of our discipline, what ideas and initiatives can we muster to counter this?; and (3) What new language research can we develop, so as to improve the situation we’re in?
As for the first, I do not see we are in a real scientific crisis in the sense of Thomas Kuhn. Van de Velde and Van der Horst do have a point, though, when they set out the threats which are putting the linguistics of Dutch under heavy pressure.
Secondly, as language researchers we should be capable of coming up with ideas and initiatives to counter these threats. Think of: the natural language curiosity of the younger generation which we can appeal to; introducing modern linguistics in the school curriculum; and what interesting research questions, opportunities and perspectives on Dutch we can offer from our field.
In the final section, as a new topic for investigation, both for its potential in experimentation as well as its theoretical significance, I suggest research into language play in Dutch. And, to counter the overdose in theory which Van de Velde and Van der Horst have highlighted, I draw attention to the great need for more and much better language description. In other words: Back to Basics.
- Auteurs behouden de auteursrechten en geven het tijdschrift het recht van eerste publicatie van het werk onder een Creative Commons Attribution Licentie die anderen het recht geeft het werk te delen onder vermelding van het auteurschap van het werk en de eerste publicatie in dit tijdschrift.
- Auteurs mogen separate, additionele contractuele overeenkomsten aangaan voor het niet-exclusief distribueren van de door het tijdschrift gepubliceerde versie van het werk (bv. plaatsing in een institutionele repository of publicatie in een boek), onder vermelding van de eerste publicatie in dit tijdschrift.
- Auteurs hebben het recht en worden aangemoedigd om hun werk online beschikbaar te stellen (bv. in institutionele repositories of op hun website) voorafgaand aan en gedurende de inzending, aangezien dat kan leiden tot productieve discussies, sneller en meer citaties van het gepubliceerde werk (Zie The Effect of Open Access).