‘Een plasje water en een mus’

Verdichte plaatsen in de poëzie van Hubert van Herreweghen.

  • Lut Missinne Westfaalse Wilhelms-Universiteit Münster

Samenvatting

Voor de dichter-wandelaar of ‘landloper’, zoals Hubert van Herreweghen zich in het gedicht ‘Zelfportret’ noemt, is het landschap geen decor maar leidt het tot een ontmoeting. De steden en landen die hij bezoekt, zijn Brabantse geboortestreek, de Brusselse pleinen en tuinen zijn voor de dichter als reisgenoten op zijn weg. Hij neemt ze met alle zintuigen waar, luistert en kijkt aandachtig en vindt er herinneringen en herkenning in, maar doet ook ontdekkingen en stelt de landschappen vervreemdend voor. Het gecultiveerde landschap heeft zijn voorkeur, met zeelandschappen heeft hij een complexe verhouding. Zijn observaties zijn uiteindelijk de aanzet van reflectie en beschouwing, van een zoektocht naar zingeving die de menselijke conditie overstijgt.

Gepubliceerd
2022-06-27