'Wat kan ick beter doen…?' Over de inleidende strofen van Jeremias de Deckers Goede Vrydag (1651)
Samenvatting
Jeremias de Deckers Goede Vrydag ofte het lyden onses Heeren Jesu Christi is vanaf de eerste uitgave in 1651 herkend als een meesterwerk. Tijdens De Deckers leven is het driemaal herdrukt, en tot in de twintigste eeuw nog zesmaal, nog afgezien van school- en studieuitgaven, waarvan die van Buitendijk (1958, 1978) de voornaamste is. In 1990 publiceerde Jan Konst zijn klassiek geworden studie over de retorische technieken waarmee in Goede Vrydag de emoties van de lezers worden bespeeld. Ook nu is het gedicht niet vergeten (Joosten 2015, 2020). In deze bijdrage sta ik stil bij de vijf korte strofen waarmee Goede Vrydag wordt ingeleid. Op bedrieglijk onnadrukkelijke wijze presenteert De Decker zich hier als een ambitieus dichter, die zijn lezers misschien wel meer wil geven dan iemand ooit gelukt is.
- Auteurs behouden de auteursrechten en geven het tijdschrift het recht van eerste publicatie van het werk onder een Creative Commons Attribution Licentie die anderen het recht geeft het werk te delen onder vermelding van het auteurschap van het werk en de eerste publicatie in dit tijdschrift.
- Auteurs mogen separate, additionele contractuele overeenkomsten aangaan voor het niet-exclusief distribueren van de door het tijdschrift gepubliceerde versie van het werk (bv. plaatsing in een institutionele repository of publicatie in een boek), onder vermelding van de eerste publicatie in dit tijdschrift.
- Auteurs hebben het recht en worden aangemoedigd om hun werk online beschikbaar te stellen (bv. in institutionele repositories of op hun website) voorafgaand aan en gedurende de inzending, aangezien dat kan leiden tot productieve discussies, sneller en meer citaties van het gepubliceerde werk (Zie The Effect of Open Access).